Informatie over mankementen aan treinen sneller en beter benutten

Spoorwegmaatschappijen kunnen het systeem dat automatisch mankementen aan wielen van treinen en verkeerde belading van de wagons detecteert, nog beter benutten. Technisch werkt het systeem ‘Quo Vadis’ goed. Het zorgt voor minder ontsporingen en minder geluidsoverlast. Maar ProRail, de spoorwegmaatschappijen en de eigenaren van (goederen)wagons kunnen elkaar sneller en vollediger informeren over vervormde wielen of verkeerde belading. Dat kan de veiligheid op het spoor nog verder vergroten. Ook zouden alle spoorvervoerders en eigenaren elektronische ‘tags’ aan de wagons moeten gebruiken. Quo Vadis kan die tags uitlezen en de informatie over de wagons verwerken zodra een trein passeert.

Dat schrijft de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) in een rapport over het detecteren van mankementen aan treinen. Staatssecretaris Van Veldhoven (IenW) heeft het rapport naar de Tweede Kamer gestuurd.

ProRail heeft 46 meetpunten van Quo Vadis in het land. Daarmee worden bijna alle treinen in Nederland gemeten. Vervormde wielen en verkeerde belading kunnen ontsporingen veroorzaken. Ook leiden vervormde wielen tot geluidsoverlast en trillingen.

Tussen 2005 en 2013 waren er vijf grote ontsporingen van goederentreinen, allemaal door een technisch mankement aan een wagon. Daarna is de branche de gegevens uit Quo Vadis beter gaan gebruiken. Het aantal vervormde wielen dat Quo Vadis detecteerde, is de jaren daarna met 80 procent afgenomen. In 2017 nam dat aantal wel weer toe.

ProRail kan het systeem Quo Vadis nog verder verfijnen.