PFAS

PFAS is een verzamelnaam voor enkele duizenden chemische stoffen. PFAS zit in allerlei (gebruiks)producten en heeft o.a. tot functie om een product vuil, water of vetafstotend te laten zijn. Helaas breken PFAS-stoffen niet of nauwelijks af in het milieu. Bovendien verspreiden sommige PFAS zich erg makkelijk, en kunnen ze via allerlei routes terecht komen in het menselijk lichaam. Inmiddels wordt er op veel plekken PFAS gevonden; in de bodem, het grondwater en het oppervlaktewater. 

Omdat PFAS in veel producten voorkomen en gevaarlijk kunnen zijn, houdt de ILT toezicht op het gebruik van deze stoffen. Op welke terreinen de ILT precies controleert, leest u op deze pagina.

Drinkwater en PFAS

De drinkwatersector geeft jaarlijks een rapport aan de minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) over de kwaliteit van ons drinkwater. Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat het Nederlandse drinkwater nu al voldoet aan de Europese normen voor PFAS-stoffen die in 2026 gaan gelden. Drinkwaterbedrijven hebben toegezegd om zich verder in te zetten op het verlagen van de PFAS-concentraties. De ILT houdt hier toezicht op. Hebben drinkwaterbedrijven zorgen over PFAS in het gebied waar water voor drinkwater wordt ingenomen? Dat moeten ze dan melden aan de ILT. In overleg worden maatregelen genomen, bijvoorbeeld tijdelijke stopzetting van de inname.

Beperken van de uitstoot

Voor ongeveer 100 stoffen PFAS geldt de minimalisatieverplichting. Bedrijven zijn verplicht hun lozingen en uitstoot hiervan naar lucht en water te vermijden. Als dat niet haalbaar is, dan moeten de emissies zoveel mogelijk worden beperkt (minimalisatieverplichting). In de omgevingsvergunning staat hoe bedrijven met deze minimalisatie om moeten gaan. De omgevingsdienst verleent deze vergunning in opdracht van de provincie.                           

De ILT heeft een adviesrol bij de beoordeling en verlening van vergunningen op PFAS-stoffen die worden afgegeven door de omgevingsdienst. Dit is de zogeheten Wabo-adviestaak.

Europese Stoffenregelgeving en PFAS

Producenten en importeurs van chemische stoffen moeten volgens de Europese REACH regels alle stoffen registreren die ze produceren of importeren. Bij de registratie moet de producent of importeur onder meer aangeven of de stof schadelijk is. Ook moet hij vermelden hoe een gebruiker er veilig mee om kan gaan. De ILT houdt hierop toezicht. REACH kan ook beperkingen of verboden instellen voor het gebruik van stoffen. De ILT houdt hier toezicht op. Om het gebruik van alle PFAS te beperken en geleidelijk helemaal te stoppen is een Europees voorstel in behandeling.

Import en export van PFAS-houdend afval

PFAS-houdend afval moeten doelmatig en veilig verwerkt worden, ook na internationaal transport. De ILT en het land van verwerking  (bij export) of het land van verzending (bij import) geven hiervoor toestemming (kennisgevingen EVOA), als aan de voorwaarden wordt voldaan.

Met het oog op duidelijkheid en transparantie voor betrokken marktpartijen en autoriteiten, hanteert de ILT een tijdelijke uitvoeringslijn voor grensoverschrijdende afvaltransporten die (mogelijk) PFAS-houdend zijn.

Grond en PFAS

Bedrijven moeten hun grond, baggerspecie of bouwstoffen laten keuren voordat ze deze ergens anders mogen toepassen. Op basis van het Besluit bodemkwaliteit (Bbk) moet er onderzoek naar PFAS plaatsvinden. Bij de keuring van grond, baggerspecie en bouwstoffen moet er een analyse van PFAS zijn uitgevoerd. Of worden onderbouwd dat de grond niet PFAS-verdacht is. Zowel de lokale toezichthouders als de ILT houden hier toezicht op. De staatssecretaris van IenW heeft de zorgplicht over PFAS in het Bbk ingevuld met het Handelingskader PFAS (december 2021). Dit is een generiek kader waarbij het stand still-beginsel als uitgangspunt geldt. Dit houdt in dat de kwaliteit van de bodem, het grondwater en het oppervlaktewater door de toepassing van PFAS-houdende grond en baggerspecie niet mag verslechteren.

Toezicht rijksdiensten

De ILT houdt toezicht op activiteiten (‘eigen werken') van een aantal rijksdiensten, zoals Rijkswaterstaat en Defensie. De ILT heeft toezicht op de directe lozingen van rijksbaggerdepots Slufter, IJsseloog en Hollandsch Diep op grond van de waterwetvergunning. De ILT ziet toe op (sanering en ontgraving) van defensieterreinen, die soms met PFAS verontreinigd zijn door bijvoorbeeld blusschuim. Defensie heeft deze verontreinigingen gemeld op basis van de Wet bodembescherming.

Blusschuiminstallaties en PFOA

In 2023 controleert de ILT de naleving van de beperkingen en regels voor het gebruik van PFOA in blusschuim bij locaties met blusschuiminstallaties. Denk hierbij aan luchthavens en chemiebedrijven. De beperkingen en regels staan in de Europese POP-verordening (2019/1021).

Met deze inspecties wil de ILT de naleving van de POP-verordening bevorderen. En een goed beeld krijgen van de hoeveelheid PFOA-houdend blusschuim die in Nederland wordt gebruikt, of als PFOA-houdend afval wordt beheerd.

Toekomst

De ILT gaat in haar toezicht bekijken waar de urgente problemen voor de omgeving zijn, en wat hieraan gedaan kan worden door betrokken partijen. Dit doet zij door onder andere te kijken of de aannames over veilig gebruik van de stoffen nog kloppen. En of stoffen (sneller) vervangen kunnen worden en hoe bedrijven zich hiervoor kunnen inzetten. De ILT zal hiervoor met andere toezichthouders optrekken. Daarnaast is er ook een rol voor de gebruikers van PFAS om verantwoordelijkheid te nemen voor het veilig gebruik van stoffen. De ILT deelt waar mogelijk haar bevindingen en stemt haar aanpak af, zowel nationaal als internationaal.