Opleidingen personeel binnenvaartpassagiersschepen

1. De aanvraag voor een erkenning van een opleiding wordt door het bevoegd gezag van het betrokken opleidingsinstituut via het daartoe bestemde formulier ingediend bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). 
2. Voor elke opleiding wordt een afzonderlijke aanvraag ingediend.
3. Bij de aanvraag zitten ten minste de volgende gegevens: 
   a. Naam van de opleiding waarvoor de erkenning wordt gevraagd.
   b. Naam van het opleidingsinstituut.
   c. Het tijdens de opleiding te gebruiken lesmateriaal.
   d. Lesplan, dat inzicht geeft in de inhoud en tijdsduur van de opleiding en de te volgen examenprocedure.
   e. Voorbeeld van het na een succesvolle voltooiing van de opleiding uit te reiken diploma, certificaat of getuigschrift.
   f. Overzicht van de eisen waaraan docenten/instructeurs die bevoegd zijn de opleiding of een deel ervan te verzorgen moeten voldoen. Naar de cv’s en kwalificaties kan tijdens een audit of bezoek worden gevraagd.
   g. Afschrift van het door het opleidingsinstituut gehanteerde kwaliteitssysteem, en een rapport betreffende het functioneren ervan opgemaakt door een van het instituut onafhankelijke instantie of certificerende instelling.
4. De aanvraag gaat voor zover van toepassing vergezeld van een opgave van de voor de opleiding te gebruiken apparatuur.

1. Heeft rechtspersoonlijkheid.
2. Is ingeschreven in de Kamer van Koophandel (KvK). Het uittreksel mag niet ouder zijn dan 3 maanden bij ontvangst van uw aanvraag.
3. Heeft een vestiging in Nederland.
4. Voert een naar het oordeel van de Commissie van Deskundigen ordentelijke administratie.

De aanvraag voor erkenning wordt ingediend bij de ILT. De aanvraag wordt pas beoordeeld als alle gevraagde informatie beschikbaar is. Het bijwonen van een opleiding door een aangewezen ambtenaar kan deel uit maken van de beoordelingsprocedure.

De erkenning geschiedt bij beschikking door de Commissie van Deskundigen voor de duur van ten hoogste vijf jaar en wordt gepubliceerd op de ILT website.

In het belang van een opleiding kan een onderdeel van de opleiding in een ander instituut plaatsvinden. Laatstbedoeld instituut dient, voor zover het dit onderdeel betreft, erkend te zijn in de zin van deze regeling.

De Commissie van Deskundigen kan de erkenning intrekken als:

• Er niet meer voldaan wordt aan de eisen gesteld aan het verlenen van de erkenning.
• Er bij een tussentijdse controle blijkt dat sprake is van dusdanige tekortkomingen dat de kwaliteit van de opleiding niet langer is gegarandeerd.

Bij beëindiging van de desbetreffende opleidingen wordt de registratie overgedragen aan de Commissie van Deskundigen, die deze registratie gedurende ten minste 50 jaar bewaart.

1. Indien het opleidingsinstituut weigert de taken uit te voeren waarvoor de erkenning geldt, wordt daarvan onder opgave van redenen mededeling gedaan aan de ILT.
2. Het opleidingsinstituut verstrekt de ILT desgevraagd of uit eigen beweging inlichtingen omtrent wijzigingen in zijn bedrijfsgegevens of taakuitoefening.
3. Indien het opleidingsinstituut voornemens is de taken waarvoor de erkenning geldt te beëindigen, wordt daarvan ten minste drie maanden voor de voorgenomen datum van beëindiging mededeling gedaan aan de ILT.
4. Het opleidingsinstituut verleent onvoorwaardelijk medewerking aan audits en steekproeven, gehouden door de ILT met betrekking tot de taken waarvoor de erkenning geldt.