De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) houdt toezicht op het opwerken van bodemas en op inspectie-instellingen die de staat van toepassingen controleren. Bodemas blijft over na de verbranding van afval in een afvalverbrandingsinstallatie (AVI). Deze bodemas mag niet gestort worden, maar moet worden opgewerkt door een erkend bedrijf en hergebruikt als bouwstof. 

Alleen erkende bedrijven mogen bodemassen opwerken. De regels voor het opwerken van bodemas zijn opgenomen in beoordelingsrichtlijn (BRL) 2307-2. Bodemas bevat gevaarlijke stoffen, zoals metaalverbindingen die milieu- of gezondheidsschade kunnen veroorzaken.

De keten van bodemas

Een AVI verbrandt afval uit Nederland of het buitenland en wekt daarmee energie op. Na verbranding blijft er jaarlijks zo’n 2 miljoen ton bodemas over, van verschillende kwaliteit.

Een opwerkbedrijf werkt bodemas van lage kwaliteit op tot een betere kwaliteit, door metalen en schadelijke stoffen (gedeeltelijk) uit de bodemas te halen. De ILT houdt toezicht op deze bedrijven.

De toepassing hangt af van de kwaliteit van de bodemas. Er zijn 2 kwaliteiten:
  • Vrij toepasbare bodemas: kan zonder maatregelen toegepast worden als bouwstof. Bijvoorbeeld voor wegfunderingen, ophogingen, steun- en afdeklagen bij stortplaatsen.
  • Niet vrij toepasbare bodemas: voldoet niet aan de minimale kwaliteitseisen en mag niet vrij worden toegepast in infrastructurele werken. Deze bodemas kan wel worden verwerkt in betonproducten en immobilisaten.

Voor 1 juni 2021 mocht niet vrij toepasbare bodemas worden gebruikt door het te isoleren, beheren en controleren (IBC-kwaliteit). In Nederland zijn er ongeveer 450 toepassingen met bodemas van IBC-kwaliteit. De staat van het werk moet jaarlijks gecontroleerd om mogelijke risico’s te beperken. Als de staat in orde is wordt er een verklaring afgegeven. De ILT houdt hier toezicht op.

IBC-kwaliteit

Het is belangrijk dat IBC-toepassingen in een goede staat blijven, omdat er anders milieuverontreiniging kan ontstaan. Daarom moet de eigenaar van de toepassing jaarlijks de staat van het werk laten controleren en tweejaarlijks de kwaliteit en hoogte van het grondwater. Alleen erkende inspectie-instellingen mogen de staat van een werk controleren. De regels hiervoor staan in inspectierichtlijn AS SIKB 6900.

Risico’s en aandachtspunten

  • Omgevingsdiensten melden bij de ILT problemen met de import, productie, opwerking, opslag en toepassing van bodemas. Meldingen gaan vooral over de ongewenste toepassing van bodemas en de milieuschade die dat met zich meebrengt. 
  • Eigenaren van IBC-toepassingen voeren niet altijd de verplichte keuringen uit.
  • Bij IBC-toepassingen waarbij de staat van het werk onvoldoende is worden de tekortkomingen niet tijdig hersteld.

In samenwerking met omgevingsdiensten spoort de ILT eigenaren van IBC-toepassingen aan om het beheer en de controles van de IBC-toepassingen uit te voeren.