In het vaartijdenboek moeten de vaartijden en rusttijden, het aantal bemanningsleden, functies en de exploitatiewijze staan. De gezagvoerder is hiervoor verantwoordelijk.

Aan de hand van het vaartijdenboek controleert de ILT of de bemanning zich aan de regels houdt. In het vaartijdenboek moet onder andere staan:

  • In welke exploitatiewijze het schip vaart.
  • Welke bemanning aan boord is.
  • Welke reis het schip en de bemanning hebben afgelegd.
  • Wanneer de bemanning heeft gerust.

Hoe gebruikt u het vaartijdenboek?

De eigenaar/exploitant kan het vaartijdenboek aanvragen bij de Stichting Afvalstoffen & Vaardocumenten Binnenvaart (SAB). In het vaartijdenboek staat een instructie hoe u deze moet invullen. Wanneer het vaartijdenboek niet of onjuist is ingevuld, dan is de gezagvoerder in overtreding.

Het vaartijdenboek kan ook gebruikt worden voor de arbeidstijdenregistratie. Deze registratie is verplicht voor alle bemanningsleden.

Invulvoorbeeld 1: Wijziging van exploitatiewijze

Het schip komt op 3 april om 04:45 uur aan in Maasbracht. De bemanning neemt daar de verplichte rust direct voor de wisseling van exploitatiewijze. De wissel van B naar A2 was op 3 april om 11:30 uur.

Het bemanningslid dat van boord is gegaan en de verplichte rust van de overige bemanningsleden, vult u in op bladzijde 54 (zie hierboven).

De bemanningsleden die zijn bestemd voor exploitatiewijze A2 moeten dus direct vóór de wisseling 6 uur ononderbroken rusttijd hebben. Zij moeten kunnen aantonen dat ze die rust echt hebben genomen. De aantekeningen na het moment van wisseling moeten op een nieuwe bladzijde komen.

Invulvoorbeeld 2: Regelmatig rooster

In de kolommen 9 tot en met 11 vult u het begin en het einde van de rusttijd van elk bemanningslid in. Deze aantekeningen moeten uiterlijk de volgende ochtend om 08:00 uur in het vaartijdenboek staan.

Als de bemanningsleden hun rust nemen volgens een regelmatig rooster, is 1 schema per reis voldoende. Dit geldt alleen voor de bemanningsleden in de exploitatiewijze B. In de exploitatiewijzen A1 en A2 moet dagelijks voor elk bemanningslid het begin en het einde van de rusttijden tijdens de reis worden genoteerd.

De gezagvoerder moet een paar dingen invullen op het moment dat een bemanningslid van boord stapt of aan boord komt. Het is belangrijk dat hij/zij dit op dezelfde datum invult. Dat zijn:

  • In kolom 8 de functie, naam, voornaam en het nummer van het dienstboekje of vaarbewijs.
  • In de kolommen 12 en 13 het tijdstip van aan boord en van boord gaan.

Invulvoorbeeld 3: Laden en/of lossen

De tijd die u niet invult als rusttijd, valt onder werktijd. De rusttijd is de tijd waarin bemanningsleden geen arbeid uitvoert. Het bewaken van een schip dat stilligt, telt hier niet als arbeid.

Bijvoorbeeld: Uw schip ligt stil in de haven van Rotterdam en de bemanningsleden helpen bij het laden en/of lossen. Dan telt dat als arbeid. In dat geval vult u kolom 9 (de rusttijd) niet voor de hele bemanning in. Ook is het gebruikelijk om in een stad, bijvoorbeeld Rotterdam, in verschillende havens te laden en/of lossen. Dan moet u het varen van haven A naar haven B ook invullen in het vaartijdenboek.

Invulvoorbeeld 4: Weekends, vrijetijd of tijd tussen reizen in

Ook als het schip niet vaart, kunnen bemanningsleden arbeid aan boord uitvoeren. Bijvoorbeeld onderhoud of schoonmaak. Maar als de bemanningsleden geen arbeid hoeft uit te voeren, alleen bewaken of toezicht houden, dan is dit rusttijd. Daarom blijft u elke dag voor elk bemanningslid aan boord kolom 9 (rusttijd) invullen. Zo is het duidelijk wanneer er arbeid is uitgevoerd of rust is genomen.