Online sectorbijeenkomst historische zeilende passagiersschepen 13 mei 2025
De BBZ (branchevereniging voor historische zeilende passagiersschepen), het Platform Veilige Chartervaart (PVC) en de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) informeerden op dinsdagavond 13 mei 2025 gezamenlijk ruim 90 eigenaren en/of schippers over onder andere het Kader 2025 en de (juridische) gevolgen van de nieuwe eisen.
Op deze pagina vindt u ook de presentatie en vragen die tijdens deze bijeenkomst zijn beantwoord. Deze vragen konden via de chat worden gesteld.
Introductie
De ILT opent de bijeenkomst en heet iedereen van harte welkom. De inspectie geeft aan dat dit inmiddels de 7e bijeenkomst is voor zeilende historische passagiersschepen sinds september 2022. De ILT doorloopt kort het inhoudelijk programma en heet ook de BBZ en PVC en ILT-collega’s welkom. Er wordt benadrukt dat er ook na de bijeenkomst vragen gesteld kunnen worden, via het e-mailadres bruinevloot@ilent.nl.
Opening door de sector
De BBZ zegt blij te zijn dat er zoveel schippers en/of eigenaren aanwezig zijn, ondanks dat het voor velen een vaardag is. De BBZ introduceert ook het PVC. De activiteiten van de PVC liggen in het verlengde van de doelstellingen van de BBZ.
Het PVC bestaat uit een brede afvaardiging van relevante betrokkenen, waaronder 9 schippers en vertegenwoordigers van charterkantoren en (lokale) overheden. Het PVC geeft aan dat er bezorgdheid is; het PVC wil luisteren naar wat nodig is en ondersteunen waar dat kan. Er zijn plannen ontwikkeld om de veiligheid in de sector te verbeteren. Deze staan nog in de kinderschoenen.
Het PVC benoemt de verschillende partijen die hier een rol moeten spelen:
Havenmeesters
Zijn gastheer en hebben een oog- en oorfunctie van waaruit zij meer sturing kunnen geven. Binnenkort zijn er gesprekken met bestuurders in Kampen over wat goed gaat en beter kan.
Scheepsmakelaars
Kunnen bijvoorbeeld een scheepspaspoort inzetten tijdens de verkoop van een schip.
Boekingskantoren
Hebben een sleutelpositie naar passagiers. Soms formuleren boekingskantoren beleid, maar nog niet overal. Meer uniformiteit op dit vlak zou mooi zijn.
Opleidingen
Hoe kan de sector deze opleidingen inzetten en koppelen aan de vaarbevoegdheid?
Branchenormen
Hoe houden we deze normen actueel en is het mogelijk om hierin ook te vernieuwen?
Scheepswerven
Kunnen bijdragen in meedenken, anticiperen en vastleggen van zaken die aan het schip zijn veranderd.
Verzekeringsmaatschappijen
Zo gaat EOC Scheepsverzekeringen bijvoorbeeld meer aan preventie doen.
Kortom: er worden veel plannen gemaakt. Dit, en vooral de uitvoering van deze plannen, krijgt de komende tijd aandacht.
De BBZ benadrukt dat de schipper als enige écht verantwoordelijk is voor de veiligheid aan boord. Het PVC roept de aanwezigen daarom op om te zorgen dat alle papieren aan boord in orde zijn. En om elkaar hierop aan te spreken.
De BBZ vult verder aan vanuit de sector. Er is al veel gebeurd, maar dat is misschien nog niet voor iedereen zichtbaar. Er is nu veel meer overleg dan vroeger, bijvoorbeeld met de keuringsinstanties en de overheid. Het veiligheidshuis (meer training, uitwisseling en gesprekken) staat, maar het moet nog verder ingericht.
Ook is er onvrede, laat de BBZ weten. Schippers vonden dat er onvoldoende is gewerkt met kennis vanuit de sector. De BBZ licht toe dat de zij met vertegenwoordigers sprak van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en de ILT om deze onvrede te uiten. Dit was een goed gesprek en er zijn toezeggingen gedaan om betrokken te blijven. De BBZ-leden ontvingen een brief over de speerpunten die wat de BBZ betreft in het toekomstige ES-TRIN moeten worden meegenomen. De BBZ roept eigenaren/schippers op om contact met hem op te nemen wanneer er aanvullingen zijn.
Sommige punten had de BBZ graag in het Kader 2025 teruggezien. Maar de ILT ziet de ruimte hiervoor niet vanwege de kaders van de huidige wetgeving, legt BBZ uit. Zij benoemt dat dit voor velen een bittere pil is. Ook de korte tijd tussen publicatie en inwerkingtreding van het Kader leidde tot onvrede bij schippers.
Tot slot benoemt de BBZ dat er een RI&E (Risico-inventarisatie en -evaluatie) is geweest, waarover binnenkort meer informatie komt. Ook is er een man-over-boord-oefening geweest in het weekend van 10 en 11 mei, samen met de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reders (KVNR). De BBZ komt ook hierover met meer informatie.
Toelichting op Kader 2025
Een projectleider van de ILT geeft met een presentatie (zie bovenaan deze pagina) een toelichting op de totstandkoming van het Kader 2025, de inhoud hiervan en de gevolgen voor de eigenaren en/of schippers.
Tot slot geeft de projectleider aan dat er waarschijnlijk meer aanpassingen nodig zijn. Die kunnen ook meegenomen worden in de voorstellen die Nederland wil doen voor de aanpassing van het ES-TRIN in 2027/2028. De BBZ heeft laten weten dat zij 4 items aangepast wil zien. De ILT gaat hiernaar kijken. Het kan zijn dat deze al in het Kader 2025 komen, of in het toekomstige ES-TRIN. Zodra de ILT hierop meer zicht heeft, zal zij iedereen informeren.
Op dit moment voert TNO onderzoek uit naar Dyneema-lijnen. De ILT roept op om oude Dyneema-lijnen aan te bieden zodat deze ook onderzocht kunnen. Hiervoor kunnen eigenaren/schippers een bericht sturen naar bruinevloot@ilent.nl.
Op basis van dit onderzoek komt er een nieuwe versie van het kader, waarover de ILT alle betrokkenen actief zal informeren.
Vragen en opmerkingen van aanwezigen
De meeste vragen komen na de presentatie, onder andere over: de ingangstermijn van het kader, het gebruik van Dyneema en het keuren van masten.
Aan het einde van de bijeenkomst bedankt een vertegenwoordiger van de ILT alle sprekers voor de toelichting en waar ze mee bezig zijn. Een verslag van deze bijeenkomst komt op de website van de ILT. Ook deelt de ILT de antwoorden van de vragen via haar website. Er waren in totaal 103 deelnemers.
De vertegenwoordiger van de ILT dankt ook de aanwezigen en prijst hun betrokkenheid bij de historische zeilvloot en alle ontwikkelingen. De ILT ziet dat het PVC en de BBZ bezig zijn om de veiligheid in de sector te verhogen, en is daar blij mee. De ILT werkt samen met het ministerie van IenW om de eisen meer in lijn te brengen met de ontwikkelingen in deze sector.
Heeft u vragen? Stuur deze aan bruinevloot@ilent.nl, ook voor uw specifieke situatie.
Aan Platform Veilige Chartervaart
Het PVC laat weten dat hierop beleid ontwikkeld moet worden. Zo zou het bijvoorbeeld mooi zijn wanneer een kantoor kan checken of de juiste (bemannings)papieren aan boord zijn.
Aan de BBZ
De BBZ zegt dat er inderdaad een papieren kant is, en dat de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV) de sector heeft opgedragen om professioneler te worden. Ook, zegt de BBZ, hoort het bij ons werk om zaken te registreren. Daarnaast hebben we een andere kant te ontwikkelen, namelijk het opleiden, de kennisdeling, RI&E, enzovoorts. Kortom, we moeten met elkaar aan de slag.
Aan de ILT
Inwerkingtreding Kader
De projectleider van de ILT vertelt dat dit afhankelijk is van welk onderdeel in het Kader wordt bedoeld. De eisen die de ILT niet meer handhaaft, worden gedoogd: aantal schijven en aantal verstagingen. De zogenaamde verlenging van de tabellen is nú geen wettelijke eis. Daar handhaaft de ILT nog niet op. Deze verlenging is wel een toekomstige verwachting, waarmee eigenaren/schippers rekening kunnen houden. De nadere invulling van de eisen gelden nu al. Over het algemeen zijn dat zaken die in het aanvullend onderzoek ook al gehanteerd werden. Deze indeling is ook opgenomen in de brief Hoe de ILT omgaat met het Kader 2025 (9 mei 2025).
De ILT-projectleider herkent dit niet. Wel brengt de ILT bepaalde eisen opnieuw onder de aandacht, of de inspectie geeft hierop een nadere invulling. De projectleider vraagt of de vraagsteller of er een specifiek voorbeeld is, zodat hij hierop kan ingaan.
Deze opmerking begrijpt de projectleider. Hij geeft aan dat schippers en/of eigenaren dan niet gelukkig zullen zijn met de consequentie dat alle C-punten niet meer zijn toegestaan en wel gehandhaafd worden. Het is geven en nemen.
Dit is een complexe en terechte vraag. Schippers moeten voldoen aan de nadere invulling zoals opgenomen in kader. Dit heeft betrekking op de keuring (borgingen, sluitingen, enzovoorts). De ILT kijkt hiernaar bij de certificering, de onderzoeken en inspecties. Ziet de ILT een afwijking tijdens de inspectie? Dan wordt de inhoud en het gevolg gedeeld met de schipper/eigenaar en kan vaak ter plekke iets hersteld worden. Er kan ook een waarschuwing (of in het ergste geval een zwaardere sanctie) komen, of een oplossingstermijn voor het repareren of zonodig herstellen. Het toesturen van een foto ter beoordeling is dan vaak voldoende.
De projectleider laat weten dat de ILT en BBZ in gesprek gaan met elkaar over de 4 onderwerpen die in het ES-TRIN aangepast zouden moeten worden. Per onderwerp komt hierover een resultaat. Afhankelijk van de uitkomsten kan het volgende gebeuren:
Opname in het kader.
De ILT brengt het in voor een aanpassing in het ES-TRIN, en staat het nu nog niet toe. Afhankelijk van de besprekingen over de aanpassingen van het ES-TRIN, bestaat de mogelijkheid dat een aanpassing al toegepast kan worden, voordat het nieuwe ES-TRIN van kracht is.
De BBZ en de ILT houden eigenaren en/of schippers hierover op de hoogte.
Splitsers
Er is een aantal bedrijven met personeel dat dagelijks deskundige splitsen legt.
De projectleider begrijpt dit. Op 8 november 2024 is in Den Helder een aantal schippers bereid geweest om Dyneema-splitsen te maken. Deze splitsen zijn getest door TNO. De globale 1e resultaten wijzen uit dat de zogenaamde bemanningssplits minder sterk is dan een professionele splits. Er wordt nu gewacht op de resultaten van het TNO-onderzoek. Samenvattend: een bemanningssplits mag, maar er is dan waarschijnlijk wel een sterkere Dyneema-lijn nodig. Meer helderheid hierover komt in versie 3 van het kader.
De BBZ vindt dit een interessante suggestie en bedankt hiervoor.
Op 8 november zijn er 15 tot 20 splitsen gemaakt door de schippers. Daar moeten we het op dit moment mee doen, geeft de projectleider van de ILT aan.
Dyneema
De ILT stond in 2024 alleen Dyneema toe in het lopend want. Op dit moment staat de ILT ook in de onderste 10% van de bakstag Dyneema toe. Dat heeft te maken met het feit dat de ILT er aan hecht dat de Dyneema-lijn permanent in het zicht blijft. Dit punt bespreekt de inspectie met de BBZ. Daarnaast is de ILT met TNO in gesprek over kruip. De belasting, duur van de belasting, buitentemperatuur en tijd hebben allemaal invloed op de afname van de sterkte door kruip. Hier moet een som uit komen. De ILT spant zich in om dit antwoord snel te krijgen.
TNO kijkt naar de andere Dyneema-toepassingen, geeft de projectleider aan. Dit geeft nu nog geen antwoord voor verstagingen. Kruip is een onderdeel waaraan tot nu toe weinig aandacht werd besteed.
Een mantel is een onderdeel van de Dyneema-lijn en biedt bescherming, aldus de ILT.
De projectleider van de ILT verwacht dat op korte termijn helder is wat we met Dyneema aan moeten. Zijn advies is om het voorlopig te laten zitten. Ga nu dus nog niet een Dyneema bakstag vervangen door stalen bakstag. Maar ook: ga nu niet een stalen bakstag vervangen door Dyneema. De ILT benadrukt dat het belangrijk is dat de documentatie op orde is. De lijn moet permanent in zicht zijn: beschadigingen kunnen dan direct worden opgemerkt.
De projectleider van de ILT begrijpt wat hier wordt gezegd. Om een antwoord te geven is het onderzoeksrapport van TNO nodig. Daarom kan de ILT hier nu inhoudelijk niet op reageren, dit volgt bij de 3e aanpassing van het kader.
Keuringseisen en -frequentie
De ILT komt nog met een schriftelijk antwoord op deze vraag. De houten rondhouten wil de ILT iedere 2,5 jaar gecontroleerd zien. Een juiste borging van sluitingen geldt nu al.
De ILT werkt nog aan een juiste formulering hiervoor. De projectleider verwacht dat hierover bij de 3e versie van het kader meer helderheid is.
De ILT herkent deze opmerking, dit punt gaf de BBZ eerder ook aan. Het zal in de discussie met de BBZ over de keuringsfrequentie naar voren komen. Dit is mogelijk een ongelukkige vertaling geweest van de BSB-situatie naar de ES-TRIN-situatie. Het staat schippers vrij om naar 2 jaar te gaan, maar de ILT hanteert nu 2,5 jaar. Er mag inderdaad een half jaar voorafgaand aan het seizoen gekeurd worden, zonder dat dit gevolgen heeft voor de datum waarop de volgende keuring uitgevoerd moet.
De projectleider van de ILT geeft aan dat dit klopt. Dit is ook een punt dat wordt besproken met de BBZ. In het kader wordt wel opgenomen dat eigenaren/schippers de keuring niet meer kunnen ‘opschuiven’.
De schipper is altijd verantwoordelijk voor de veiligheid van het schip. Daarnaast is een keuring altijd een momentopname. Zo kan bijvoorbeeld verrotting snel optreden. Daarnaast moet iedereen zich realiseren dat de keuringsinstanties afgelopen winter nog niet keurden op basis van het Kader 2025. Dit is nu wel zo.
Overige vragen
De keuringsbureaus kunnen deze vraag het beste beantwoorden.
De projectleider van de ILT neemt deze opmerking mee. Ook de keuringsfrequentie wordt meegenomen.
De ILT heeft een fout gemaakt met de wanddikte van de steng in de 1e versie van het kader. Dit is hoogstwaarschijnlijk opgelost in de 2e versie. Als dat niet het geval is, kunnen eigenaren/schippers een e-mail sturen naar bruinevloot@ilent.nl.
De projectleider van de ILT kent deze discussie. De ILT vindt dat er eerst meer informatie nodig is. Daarnaast zou dit een wezenlijke aanpassing zijn van het ES-TRIN, waarvoor de ILT niet gemachtigd is om dit uit te voeren. Het rapport van Conoship (benut voor de 1e versie van het kader) geeft inzicht hoe je naar verstagingen kunt kijken. Kortom, er is wel het een en ander over bekend, maar er zijn meer handvatten nodig om er iets mee te kunnen doen.
De ILT kent dit probleem. Hierover is binnen het ministerie van IenW ook gesproken, toen het kader werd opgesteld. De verwijzing naar de NEN-normen is op dit moment een gebruikelijke werkwijze. De overheid mag de normen vanwege copyright namelijk niet kopiëren of beschikbaar stellen.
De BBZ en het PVC spannen zicht in om de sector te bereiken. Door trainingen, workshops en met elkaar in gesprek te zijn. Zo benutten de BBZ en PVC groepsdruk om iedereen te bereiken. De BBZ geeft aan dat de sector moet kijken hoe ze gezamenlijk de lat hoger kunnen gaan leggen. Daar waar het niet lukt, zou de overheid mogelijk extra kunnen handhaven. We zullen met elkaar moeten kijken hoe we iedereen bereiken. Het zal niet gemakkelijk zijn.