In deze privacyverklaring leest u wat de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) en meer specifiek de inspecteurs van het team Personenvervoer Weg met uw gegevens doen bij het gebruik van bodycams tijdens hun werkzaamheden.
Deze verklaring is aanvullend op de algemene privacyverklaring van de ILT. Daar vindt u meer informatie over de verwerking van persoonsgegevens door de ILT in het algemeen, wat uw rechten zijn als de ILT uw gegevens verwerkt en hoe u contact met de ILT opneemt als u vragen heeft.
Wijkt de inhoud van deze specifieke privacyverklaring af van de algemene privacyverklaring? Dan geldt de inhoud van deze specifieke verklaring voor dat afwijkende onderdeel.
De inspecteurs van het team Personenvervoer Weg worden bij hun controles op taxichauffeurs regelmatig bedreigd. Of krijgen zelfs te maken met fysiek geweld. De ILT vindt het essentieel dat zij als werkgever zorgt voor een zo veilig mogelijke werkomgeving voor haar inspecteurs. Daarom heeft zij deze groep inspecteurs bodycams met bodycams uitgerust ter bevordering van de veiligheid en het veiligheidsgevoel bij inspecteurs.
De inspecteurs zijn getraind hoe zij de bodycams correct en volgens de privacyregels moeten gebruiken. Zij werken daarbij volgens de regels in het werk/inzetkader en privacyreglement. Deze zijn voor het gebruik van de bodycams vastgesteld door de ILT. En houden onder meer in dat:
- De inspecteur maakt alleen opnames met de bodycams wanneer deze in een voor de inspecteur of een collega inspecteur potentieel gevaarlijke of bedreigende situatie terechtkomt. En pas nadat de inspecteur met luide stem heeft aangekondigd dat deze zich genoodzaakt voelt om dit middel in te zetten. Dit is een waarschuwing vooraf.
- Bij activering geeft de bodycam een signaal door middel van een rood lampje en wordt de opname van 30 seconden voorafgaand aan activering wordt samengevoegd tot 1 databestand. Dit bestand bestaat uit videobeeld, geluid en metadata.
- De beelden worden beveiligd opgeslagen. Dit geldt ook voor de gebufferde data (30 seconden vóór de opname is gestart).
- Na afloop van een incident of escalatie stopt de inspecteur direct de opname.
- De inspecteur meldt het incident uiterlijk na afloop van zijn dienst aan de teamleider.
- Een beperkte groep geautoriseerde personen heeft toegang tot de opnames. Dit is onder andere de teamleider, niet de inspecteur zelf.
- De groep geautoriseerde personen bepaalt verdere acties, zoals verstrekken aan het OM en/of de politie.
- Bestanden (video, geluid en metadata) worden na 28 dagen automatisch verwijderd.
- Bij aangifte draagt de ILT de beelden beveiligd over aan het OM en/of de politie.
30 seconden pre-recording
De bodycam neemt continu de laatste 30 seconden van beeld en geluid op en slaat deze op in het interne geheugen van de bodycam. Dit geheugen wordt voortdurend met nieuwe opnames overschreven.
Wanneer de inspecteur de bodycam (in een bedreigende situatie) activeert, wordt de opname van 30 seconden voorafgaand aan activering samengevoegd met de beelden na activering. Dit wordt op de bodycam opgeslagen. De pre-recording wordt opgeslagen om de rechtmatigheid van het gebruik van de bodycam te kunnen toetsen. Dit wordt gebruikt om te kunnen controleren of er voldoende grond was voor opname door de inspecteur. Dus of er een escalerende of dreigende situatie was, zoals vermeld in het protocol. Ook kan de ILT nagaan of de inspecteur de voorgeschreven waarschuwing heeft gegeven.
Het gaat om in bedreigende situaties gemaakte camerabeelden met geluid, locatie, tijd, vastgelegde situatie en gedrag van personen die agressie en/of geweld vertonen jegens de inspecteur. Daarop kan ook het handelen van inspecteurs te zien zijn in die bedreigende situaties. En kunnen omstanders die toevallig in het shot staan van de camera te zien zijn.
Omdat de beelden gegevens kunnen bevatten van strafbare feiten (bedreiging, mishandeling) kunnen deze onder omstandigheden ook strafrechtelijke gegevens zijn. De ILT gebruikt deze beelden om haar medewerkers te beschermen tegen strafbare gedragingen. Zij kan zich daarvoor beroepen op de uitzondering van artikel 33, lid 2 onder b van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming (UAvg).
De ILT houdt zich bij het gebruik van de bodycams en maken van de beelden aan de regels die daarvoor gelden, zoals ook uitgewerkt in het inzetkader en het privacyreglement. Doet de ILT aangifte en vraagt de politie in dat kader de beelden bij de ILT op? Dan vallen de opnames vanaf het moment van de overdracht aan de politie onder de verantwoordelijkheid van de politie en onder het regime van de Wet politiegegevens.
De ILT mag de bodycams gebruiken, de beelden maken en deze verwerken. Dit mag omdat dat zij een gerechtvaardigd belang heeft in haar privaatrechtelijke rol als werkgever, om te zorgen voor een zo veilig mogelijke werkomgeving voor haar inspecteurs.
Wanneer de ILT besluit om beelden te maken en te bewaren, bewaart zij deze 28 dagen. Daarna worden deze verwijderd. Zijn opnames langer nodig voor aangifte, zelfevaluatie na incident, vordering of inzageverzoek? Dan wordt de bewaartermijn verlengd tot na afhandeling daarvan.