E-commerce platforms buiten de EU zorgen voor onveilige (markt)producten
De huidige EU-kwaliteitsketen functioneert onvoldoende bij (non-food) e-commerce producten van buiten Europa die in Europa op de markt worden gebracht via met name Aziatische platforms. De EU kwaliteitsketen wordt beschreven in paragraaf 1.2.3 van de Blue Guide. Terwijl die stroom van producten wel explosief groeit
Hierdoor krijgen Nederlandse burgers en bedrijven steeds meer onveilige en niet-duurzame producten geleverd. Consumenten en bedrijven binnen de EU kunnen er niet voldoende op vertrouwen dat deze producten veilig en duurzaam zijn en geen risico’s opleveren voor de gezondheid. Dit leidt tot oneerlijke concurrentie voor Nederlandse bedrijven. Meer, gecoördineerd en/of ander toezicht door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) en Nederlandse Arbeidsinspectie (Arbeidsinspectie) helpt, maar is geen oplossing. Er is nu een aanpak noodzakelijk om alle partijen te activeren die zijn betrokken bij de productie, handel en het transport van e-commerce producten van buiten de EU naar Nederland. Vandaar dit signaal.
Bescherming consumenten en bedrijven
Op Europees niveau is wetgeving gemaakt die consumenten en bedrijven in de EU beschermt tegen onwerkzame, onveilige, ongezonde en niet-duurzame producten. Daarnaast biedt de wet bedrijven een gelijk speelveld. Consumenten, eindgebruikers en bedrijven mogen erop vertrouwen dat die bescherming en het gelijke speelveld geborgd zijn. De EU-kwaliteitsketen vraagt dat het bedrijf dat een product op de Europese markt aanbiedt, bewijst dat het product effectief, veilig en duurzaam is en geen risico’s oplevert voor de gezondheid. Het bedrijf moet verder zorgen voor een vertegenwoordiger in Europa die aanspreekbaar is op de naleving van de Europese normen voor het product. De EU-kwaliteitsketen garandeert daarnaast dat alle spelers in de toeleveringsketen (zoals de fabrikant, importeur en distributeur) een rol hebben in de garantie van en de controle hierop.
Onbeheersbare pakketstroom
In de afgelopen jaren leverden fabrikanten uit met name Azië steeds vaker producten rechtstreeks aan Europese gebruikers. Inmiddels worden jaarlijks meer dan een miljard pakketjes via Nederland in de EU geïmporteerd. Dat is ongeveer 40% van de totale e-commerce import in de EU. Het aantal producten afkomstig van Aziatische e-commerce platforms neemt toe, denk aan SHEIN, Temu en AliExpress/Alibaba. Deze pakketstroom gaat meestal rechtstreeks van de fabrikant naar de Europese consument en gebruiker. De naleving van de Europese normen is bij deze aanbieders ernstig in het geding. Er komen steeds meer onveilige en niet duurzame producten op de Nederlandse markt. De bescherming van consumenten, het milieu, de gezondheid, de duurzaamheid, de veiligheid komt daarmee onder druk te staan. Dat geldt ook voor het vertrouwen van Nederlandse ondernemers in de werking van een gelijk speelveld.
In het jaarverslag van de Douane over 2023 staat dat de e-commerce pakketstroom is gegroeid van 172 miljoen pakketjes in 2021, 341 miljoen in 2022 naar 718 miljoen in 2023. De verwachting is dat deze stijging doorzet naar 1,4 miljard in 2024. De Douane constateert een enorme volumegroei, in combinatie met de beweeglijkheid van de branche, een toenemende stroom import van verboden goederen en vaak de afwezigheid van een verantwoordelijke partij in Europa. De stroom producten van buiten de EU die via e-commerce op de Europese markt worden aangeboden, is inmiddels onbeheersbaar geworden.
Risico's voor consumenten
Uit inspectieresultaten in ICSMS (een Europees registratiesysteem, waarin markttoezichtautoriteiten in alle Europese lidstaten hun toezichtbevindingen vastleggen) blijkt dat de naleving van de Europese normen sterk te wensen overlaat bij Aziatische aanbieders van e commerce producten. 85 tot 95% van de door Europese markttoezichtautoriteiten geïnspecteerde producten voldoet niet aan de Europese productwetgeving. Dat betekent ook dat producten niet werken en risicovol kunnen zijn voor consumenten. Bijvoorbeeld losse onderdelen aan speelgoed waar kleine kinderen in kunnen stikken. Of elektronica die zorgt voor storing in de digitale infrastructuur of die door oververhitting in brand vliegt. Ook zitten er veel verboden stoffen, zoals lood, in producten vanuit Azië. De Nederlandse markttoezichtautoriteiten zijn inmiddels eigen onderzoeken gestart naar deze e-commerce producten. De eerste uitkomsten bevestigen de onderzoeksresultaten in Europa. Er is dus sprake van een groot maatschappelijk probleem.
Praktijkvoorbeeld ILT
Uit een pilot-onderzoek naar e-commerce producten blijkt dat in 80% van de onderzochte producten het loodgehalte te hoog is. Deze producten vormen een gezondheidsrisico.
Praktijkvoorbeeld RDI
Uit een beperkte steekproef van slimme lamphouders en -stopcontacten blijkt dat slechts 1 op de 24 producten voldoet aan de Europese productnormen. Bij 60% van de producten bestaat een risico op elektrocutie. Verder blijkt uit gezamenlijke inspecties van markttoezichtautoriteiten uit verschillende Europese lidstaten dat voor 85% van de onderzochte e-commerce producten er geen in Europa gevestigde vertegenwoordiger is. Of dat de opgegeven vertegenwoordiger niet bestaat of niet reageert. De RDI en de ILT deden aan dit onderzoek mee en constateren hetzelfde. De andere Nederlandse markttoezichtautoriteiten IGJ, NVWA en Arbeidsinspectie herkennen deze uitkomsten. Dit betekent dat de Nederlandse markttoezichtautoriteiten niet kunnen handhaven op ondeugdelijke producten die op de Europese markt worden gebracht, bijvoorbeeld als een terugroepactie noodzakelijk is.
Zorgen bij organisaties
De toenemende stroom van e-commerce producten van platforms buiten de EU, de slechte naleving van de Europese productnormen en het ontbreken van in de EU gevestigde vertegenwoordigers roepen ook zorgen op bij Nederlandse ondernemers- en consumentenorganisaties die betrokken zijn bij de e-commerce sector. “Zo roepen de handelspraktijken die deze spelers hanteren vragen op over hun conformiteit met Europese regels, met name op het gebied van consumentenbescherming, productveiligheid, privacy en naleving van duurzaamheidsregelgeving. Het is zaak een gelijk speelveld voor onze ondernemers te waarborgen”, aldus de betrokken organisaties. De organisaties noemen verder ook de onmogelijkheid om producten te retourneren en misleidende tactieken om consumenten aankopen te laten doen.
Ook formele eisen aan technische dossiers, etikettering en de aanwezigheid van een Europees aanspreekpunt worden niet nageleefd, aldus de betrokken organisaties.
Oorzaken naleeftekort
De ILT, IGJ, RDI, NVWA en de Arbeidsinspectie zien de volgende oorzaken voor het naleeftekort. De internethandel kenmerkt zich door snelheid, anonimiteit, vluchtigheid en handel over de hele wereld. Er is een gebrek aan kennis van de Europese wet en regelgeving bij de bedrijven die producten verhandelen via e-commerce platforms. De complexiteit van deze regelgeving, die alleen maar verder toeneemt, speelt daarbij een belangrijke rol. Het ontbreekt verder aan voldoende directe verantwoordelijkheden voor platforms voor naleving van de Europese producteisen aan de via het platform verkochte producten. De Digital Services Act brengt hierin wel verbetering, maar geeft nog geen sluitende oplossing. Een reden is dat actieve monitoringsplicht ontbreekt voor platforms op producten die niet aan de Europese normen voldoen. Daarnaast is het onmogelijk geworden om de explosief stijgende stroom aan producten effectief en efficiënt aan de grens te controleren in samenwerking met de Douane. In plaats van een steekproef uit een grote partij, moeten nu allemaal individuele pakketjes gecontroleerd worden. Een onmogelijke taak. Burgers zijn vaak onvoldoende op de hoogte van de Europese regels, waardoor zij een onwerkzaam, onveilig of niet duurzaam product kopen. Consumentenorganisaties delen deze zorg. Voor een bewuste aankoop van een werkzaam, veilig en duurzaam product moeten de Nederlandse burgers goed geïnformeerd zijn. Europese consumententoezichthouders zien daarnaast veel manipulatie op commerciële websites om consumenten keuzes te laten maken die misschien niet in hun belang zijn, de zogenaamde ‘dark patterns’ .
Conclusie
Het is allereerst de verantwoordelijkheid van de marktpartij die de Europese markt betreedt om te voldoen aan de Europese productregelgeving. Ook de betrokken publieke en private partijen in de EU kwaliteitsketen spelen een rol bij de naleving hiervan. Een deel van de verantwoordelijkheid voor het aanschaffen en gebruiken van veilige en duurzame producten ligt bij de consument. Het is daarom belangrijk dat de stelselverantwoordelijke minister van Economische Zaken komt met een aanpak om het naleeftekort terug te brengen, zowel op nationaal als Europees niveau. Deze aanpak moet er uiteindelijk voor zorgen dat alle betrokken partijen in de EU-kwaliteitsketen en daarbuiten hun verantwoordelijkheid nemen en bijdragen aan de oplossing van het maatschappelijke probleem.
Ook de consument moet zich bewust worden van de risico’s die hij loopt als hij online iets koopt buiten de EU. De overheid moet consumenten erop wijzen dat zij niet afdoende kan controleren of die producten wel voldoen aan wet- en regelgeving. En welke risico’s dat met zich meebrengt voor de consument.
Signaal
De markttoezichtautoriteiten zijn in gesprek om het toezicht verder te verbeteren door de samenwerking met elkaar en met de Douane te verstevigen. Ook willen ze samenwerken met markttoezichtautoriteiten in andere Europese lidstaten. Waar mogelijk organiseren ze met deze partners gezamenlijke inspectieprojecten. Daarnaast zetten ze zich gezamenlijk in voor de ontwikkeling en inzet van digitale technieken (waaronder scantechnologie). En voor het verder verbeteren van de uitwisseling van data en inspectieresultaten via ICSMS. De Europese Commissie heeft met 11 platforms (waaronder enkele buiten de EU) in de Product Safety Pledge+ afspraken gemaakt over het actief monitoren van het aanbod op de platforms en het inrichten van notice and takedown procedures. De markttoezichtautoriteiten gebruiken deze afspraken om platforms te verzoeken producten te verwijderen die niet aan de eisen voldoen. Deze afspraken werken echter niet voor alle e-commerce platforms buiten de EU. De markttoezichtautoriteiten zoeken de samenwerking met de consumententoezichthouders om platforms aan de Digital Services Act te houden. Maar het verbeteren van het toezicht en de samenwerking met Europese toezichtpartners alleen is niet voldoende om het naleeftekort op te lossen. Het beleid moet zich nu richten op het beter beheersbaar krijgen van de stroom van producten die via platforms buiten de EU op de Europese markt worden gebracht, het verbeteren van de kwaliteit van deze producten en het garanderen dat een Europese vertegenwoordiger erop aan te spreken is. Daarvoor moeten alle hiervoor genoemde partijen worden geactiveerd. En dit kan alleen met een integrale aanpak waarin iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt. Met een concrete beleidsvisie kunnen de markttoezichtautoriteiten hun toezicht zo effectief mogelijk invullen. De markttoezichtautoriteiten en de Douane gaan hierover graag met de minister van Economische Zaken in gesprek.