HMPE for rigging applications of the historic sailing fleet

TNO heeft in opdracht van de Inspectie Leefomgeving en Transport een bureaustudie uitgevoerd naar het mogelijke gebruik van Dyneema® SK75 en SK78 en DM20 in staand en lopend want van de ‘bruine vloot’. Op basis van de bureaustudie concludeert TNO dat Dyneema® onder voorwaarde van strikte inspectie- en afkeurcriteria kan worden toegestaan.

Vooraan in dit Engelstalige rapport is een Nederlandstalige samenvatting opgenomen.

Dit rapport voldoet nog niet aan alle eisen voor digitale toegankelijkheid. De ILT heeft de opstellers gevraagd om een aangepaste versie.

Samenvatting

Dyneema® is een veelgebruikt materiaal voor lijnen in de maritieme sector. Pleziervaart, racejachten en bergingswerkzaamheden maken alle dankbaar gebruik van de relatief lichtgewicht vezels met een hoge treksterkte. Daarbij rapporteert DSM ‘excellente’ weerstand tegen UV, vocht, zout en slijtage. Het is mede om deze redenen dat een aantal schippers van de ‘bruine vloot’ heeft geïnvesteerd in Dyneema®-tuigage. Echter, de ES-TRIN-regelgeving stelt: “Touw uit polyethyleen mag niet worden gebruikt” (artikel 20.15). Hoog modulus polyethyleen (HMPE, Dyneema® is een merknaam) is feitelijk een polyethyleen (PE), waardoor de letter van de wet het gebruik van HMPE voor lopend want niet toestaat. Echter, de eigenschappen van HMPE zijn significant anders dan van PE door verschillen in het productieproces en resulterende moleculen. De moleculen van HMPE zijn meerdere ordes grootte langer dan die van een gewoon PE en zijn bovendien uitgelijnd.

TNO heeft in opdracht van de Inspectie Leefomgeving en Transport een bureaustudie uitgevoerd naar het mogelijke gebruik van Dyneema® SK75 en SK78 en DM20 in staand en lopend want van de ‘bruine vloot’. Op basis van de bureaustudie concludeert TNO dat Dyneema® onder voorwaarde van strikte inspectie- en afkeurcriteria kan worden toegestaan. Regelgeving voor veilig gebruik en afkeurcriteria van deze ‘fibre ropes’ (lijnen) zijn reeds beschikbaar en het materiaal is niet ongebruikelijk in maritieme toepassingen. Op basis van de bureaustudie kan nog geen uitspraak gedaan worden over de (maximale) levensduur van Dyneema®, hiervoor is aanvullend onderzoek nodig.

TNO beveelt aan om reguliere inspectie te baseren op de criteria in NEN-EN-ISO 9554:2019 en in documenten die beschikbaar gesteld zijn door fabrikanten. Ook wordt aanbevolen het gebruik van Dyneema® toe te staan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • Lopend want bestaat uit Dyneema® SK75 of SK78.
  • Geen HMPE (ook geen Dyneema®) in staand want.
  • Alle lijnen zijn gedocumenteerd in het tuigboek, met minimaal materiaal en type, fabrikant en datum van ingebruikname.
  • Geen knopen in de lijnen, ook niet in het verleden.
  • Contact met roestige oppervlakken en scherpe randen wordt vermeden.
  • Alle eindverbindingen zijn gemaakt door aantoonbaar getrainde personen.
  • Oogsplitsen alleen met gesloten kous en bekleed met de mantel.
  • De lijnen hebben zodanige afmetingen dat een veiligheidsfactor is aangehouden van 1,35 boven de minimumsterkte (zie ES-TRIN artikel 20.15).
  • TNO beveelt sterk aan om lijnen te gebruiken met een coating op iedere fiber in de lijn ter bescherming tegen UV, zand en schavielen. De ‘coating’ kan ook bestaan uit een buitenlaag van Dyneema® of een ander materiaal zoals polyester.
  • Blokken/katrollen hebben afmetingen conform paragraaf C.2.4 van NEN-EN-ISO 9554:2019.
  • De beschermende mantels van de lijnen en de UV coatings zijn intact bij zowel de lijn als bij de eindverbindingen.
  • De Dyneema®-lijnen worden vervangen als een van de afkeurcriteria in tabel C.1 van NEN-EN-ISO 9554:2019 van toepassing is. Uitzondering hierop is dat het vermoeden van een schokbelasting, geen vervangingscriterium is.

TNO stelt voor en is in staat om experimenten - in eerste instantie trektesten - uit te voeren op lijnen met de volgende eigenschappen:

  • 1 tot 10 jaar in gebruik.
  • Met splitsen gemaakt door daarvoor getrainde personen.
  • Toegepast geweest in lopend want.
  • Minimum beschikbare documentatie: aankoopdatum (minimum informatie= jaar), producent, verkoper en diameter van de kern (exclusief mantel).
  • Per schip 1 lijn, of maximum 2 lijnen als ze gebruikt zijn in verschillende onderdelen van de tuigage.