Sectorbeeld 2017: Voldoende financiële ruimte voor realiseren plannen corporaties

De corporatiesector kan zijn ambitie om in de periode 2017-2021 120.000 woningen in het sociale segment te bouwen, financieel waarmaken. Dit blijkt uit het jaarlijkse Sectorbeeld dat de Autoriteit woningcorporaties (Aw) vandaag heeft gepubliceerd. Daarin staan onder meer een overzicht van de financiële positie en prestaties van de sector over 2016 en de verkenningen tot en met 2026.

De woningcorporatiesector staat er eind 2016 financieel goed voor. De ambities voor de periode 2017 tot en met 2021 zijn financieel haalbaar. De corporaties willen in deze periode 120.000 sociale huurwoningen bouwen en € 12,4 miljard investeren in verbetering en verduurzaming van bestaande woningen. Daarnaast zijn er plannen om sociale huurwoningen te kopen, verkopen of slopen. Deze nieuwbouw, verkoop en sloop samen betekent dat de voorraad sociale huurwoningen  eind 2021 kan zijn toegenomen met 30.000 extra woningen. De ambities voor de jaren 2017 tot en met 2021 zijn beduidend hoger dan de plannen die corporaties een jaar geleden hadden.

De voorraad commerciële woningen daalt met ruim 7.000. De commerciële plannen bevatten  namelijk meer verkoop dan bouw of aankoop van woningen. Uit het sectorbeeld blijkt dat de corporatiesector van 2022 tot en met 2026 nog een keer een vergelijkbaar investeringsprogramma zou kunnen uitvoeren.

Gevolgen scheiding commerciële en sociale verhuur

Met ingang van 1 januari 2018 moeten woningcorporaties hun commerciële verhuur gescheiden hebben van hun sociale verhuur. Deze scheiding zorgt er voor dat geld dat voor sociale woningen is bedoeld, niet gebruikt kan worden voor commerciële woningen.

Corporaties bezitten na de scheiding bijna 2,25 miljoen sociale woningen die bestemd zijn voor mensen met een laag inkomen. Ook hebben ze ongeveer 140.000 commerciële woningen voor mensen met een midden of hoog inkomen. Door de scheiding is in heel Nederland het aandeel commerciële woningen bij corporaties eenmalig toegenomen: er zijn ongeveer 68.000 sociale woningen overgeheveld naar de commerciële takken van de woningcorporaties.
Voor de huidige huurders van overgehevelde woningen verandert er contractueel niets. Pas als zij verhuizen, kunnen de woningen commercieel worden verhuurd en in huurprijs worden verhoogd. Corporaties creëren hiermee op termijn extra ruimte voor middeninkomens op de huurwoningmarkt. 

Verschillen tussen regio’s en tussen corporaties

Dat de sector er als geheel financieel goed voorstaat, betekent niet dat er overal en bij elke corporatie evenveel ruimte is. Er zijn grote verschillen tussen woningmarktregio’s en tussen corporaties onderling.

In de regio’s Haaglanden/Midden-Holland/Rotterdam, Metropoolregio Amsterdam en Limburg is de financiële situatie minder gunstig dan in de rest van het land. Tegelijkertijd zijn de jaarlijkse instandhoudingskosten van woningen hier relatief hoog. Dat beperkt de investeringsruimte.